Spierbevangenheid bij paarden

Herkennen, behandelen en voorkomen van Equine Rhabdomyolysis Syndrome (ERS)

Voorwoord

Spierbevangenheid – ook bekend als maandagziekte of tying-up – is een ernstige en pijnlijke aandoening waarbij spiercellen van het paard worden afgebroken. Het kan plotseling optreden, tijdens of na inspanning, en vraagt om snelle herkenning en zorgvuldig handelen.

De medische term is Equine Rhabdomyolysis Syndrome (ERS), en hoewel de oorzaken vaak complex zijn – denk aan erfelijkheid, voeding, training en stress – kun je met kennis en maatwerk veel leed voorkomen.

In deze gids leggen we helder en stapsgewijs uit wat spierbevangenheid is, hoe je het herkent, behandelt én voorkomt. Ook erfelijke spierziekten zoals PSSM komen aan bod. Je vindt praktische tips over voeding, training en dagelijkse verzorging – zodat je met vertrouwen kunt zorgen voor de spiergezondheid van je paard.

Deze gids is bedoeld voor iedereen die wil bijdragen aan het welzijn en de veerkracht van paarden – met aandacht, kennis en zorg op maat.

“Een gespierd paard is niet perse een gezond paard – inzicht maakt het verschil.”

Inhoudsopgave

  1. Inleiding – Wat is spierbevangenheid?
  2. Oorzaken en risicofactoren
  3. Symptomen en verloop
  4. Diagnose en medische aanpak
  5. Voeding, training en preventie
  6. Leven met gevoeligheid – praktische tips voor terugkerende gevallen
  7. Reflectie en aanbevelingen

1. Inleiding – Wat is spierbevangenheid?

Spierbevangenheid is iets waar je als paardeneigenaar vroeg of laat weleens van hoort, of zelfs mee te maken krijgt. Het gebeurt vaak onverwacht: een paard dat na het rijden ineens stokstijf blijft staan, begint te trillen van de pijn, of helemaal niet meer vooruit wil. Veel mensen kennen het als maandagziekte of tying-up, maar de medische naam is Equine Rhabdomyolysis Syndrome – kortweg ERS. Ondanks dat het een bekende term is, blijft het een lastig te doorgronden aandoening.

Bij spierbevangenheid raken de spieren van het paard beschadigd doordat spiercellen plotseling afbreken. Dat proces heet rhabdomyolyse. Door die afbraak komen stoffen zoals myoglobine en creatinekinase (afgekort CK) vrij in het lichaam. Dat zorgt voor pijn, ontsteking en stijfheid – meestal in de grote spieren van de achterhand. Maar het blijft daar niet bij: deze stoffen kunnen ook de nieren belasten, en in ernstige gevallen leiden tot levensbedreigende situaties.

Er zijn grofweg twee vormen van spierbevangenheid. De eerste is de acute vorm – die zie je vaak plots na inspanning. De tweede is een terugkerende vorm, waarbij sommige paarden vaker last krijgen. Deze laatste komt vaak door erfelijke aanleg of managementfouten zoals verkeerde voeding of training. Een bekend voorbeeld van een erfelijke spierziekte is PSSM (Polysaccharide Storage Myopathy). Hierbij wordt suiker (glycogeen) verkeerd opgeslagen in de spieren, wat overbelasting en pijn veroorzaakt.

“Stijfheid is zelden onschuldig: leer de taal van de spieren kennen.”

Spierbevangenheid komt in alle disciplines en bij allerlei rassen voor. Toch zie je het vaker bij paarden met veel spiermassa, gevoelige of nerveuze karakters, of dieren die onregelmatig worden getraind. Denk bijvoorbeeld aan een paard dat na een paar dagen rust ineens weer intensief wordt gereden. Ook kou, hoge luchtvochtigheid of plots veranderde voeding kunnen een aanval uitlokken.

De naam maandagziekte stamt nog uit de tijd van het trekpaard. Op zondag hadden de paarden rust, maar op maandag moesten ze ineens weer zwaar werken – vaak zonder dat hun voeding of beweging daarop was aangepast. Hoewel de omstandigheden nu anders zijn, blijft de kern hetzelfde: een slechte balans tussen werk, voeding, rust en de aanleg van het paard.

Waarom is spierbevangenheid zo’n serieus probleem? Omdat een aanval erg pijnlijk is. Het paard durft of kan zich niet bewegen, en sommige dieren vallen zelfs neer van de pijn. Daarnaast kunnen er complicaties optreden, zoals nierproblemen door de afbraakproducten uit de spieren, of koliekachtige symptomen. Daarom is het cruciaal dat je als eigenaar snel ingrijpt en weet wat je moet doen.

In deze gids nemen we je stap voor stap mee in alles wat je moet weten over spierbevangenheid. We starten met de oorzaken en risicofactoren. Daarna leer je hoe je het herkent, hoe een dierenarts het vaststelt, welke behandeling werkt en – minstens zo belangrijk – hoe je het kunt voorkomen. Ook kijken we naar paarden die extra gevoelig zijn, en wat je in het dagelijks management kunt doen om herhaling te voorkomen.

Vaktermen zoals CK-waarde, myopathie (spierziekte), spiercatabolisme (spierafbraak) en elektrolytenbalans (verhouding van zouten en mineralen in het lichaam) worden steeds duidelijk uitgelegd. Zo blijft de gids goed te volgen, ook als je nog niet zoveel ervaring hebt met paarden of medische termen.

Het begint allemaal met signalen herkennen – en beseffen dat spiergezondheid een essentieel onderdeel is van het welzijn van je paard. In de volgende hoofdstukken gaan we dieper in op de oorzaken, en hoe je het risico op spierbevangenheid zo klein mogelijk maakt.

2. Oorzaken en risicofactoren van spierbevangenheid

Spierbevangenheid ontstaat niet zomaar. Ook al lijkt het alsof het paard ineens ‘vastloopt’, is er meestal al langer iets aan de hand. De oorzaak ligt vaak in een combinatie van factoren – van erfelijke aanleg tot voeding, training en zelfs het karakter van het paard. Als je begrijpt wat er precies misgaat in het lichaam, kun je spierbevangenheid beter herkennen én voorkomen.

In de kern draait het om een verstoorde spierstofwisseling. Spieren halen hun energie uit glucose (suiker) en vetzuren, en slaan die energie op als glycogeen in het spierweefsel. Bij spierbevangenheid gaat die energieverwerking mis. Het paard kan de opgeslagen energie niet goed gebruiken, waardoor er afvalstoffen ontstaan die de spieren beschadigen. Dat zorgt voor spierverzuring, ontstekingen en uiteindelijk het afbreken van spiercellen.

Er zijn verschillende factoren die dit proces kunnen triggeren:

  1. Overbelasting of onregelmatige training

Een paard dat plots veel werk moet leveren na een periode van rust loopt risico. Bijvoorbeeld: je hebt je paard een week op de wei laten staan, en pakt daarna weer een intensieve les op. De spieren zijn daar dan niet klaar voor. Er ontstaat oververhitting en ophoping van melkzuur, wat de spiercellen aantast. Daarom is regelmaat in training superbelangrijk. Bouw rustig op en stem je training af op de conditie van je paard.

  1. Verkeerde voeding

Voeding speelt een grote rol. Veel paarden krijgen rijk ruwvoer én veel krachtvoer, terwijl ze eigenlijk weinig arbeid verrichten. Daardoor slaan ze te veel glycogeen op – en dat verhoogt de kans op spierbevangenheid. Vooral paarden die gevoelig zijn voor ERS, hebben baat bij een voeding die laag is in zetmeel en suiker, en juist wat meer vetten bevat als energiebron. Dat helpt de spieren om stabieler te functioneren.

“Een spierprobleem komt zelden uit het niets – het lichaam fluistert voordat het schreeuwt.”

  1. Stress en temperament

Sommige paarden zijn van nature gevoeliger. Paarden met een nerveus of snel gespannen karakter, zoals veel volbloeden, warmbloeden of Arabieren, hebben een hogere spierspanning en reageren heftiger op stress of verandering. Stress activeert het sympathische zenuwstelsel – een soort alarmsysteem van het lichaam – wat de spierstofwisseling beïnvloedt. Hierdoor lopen deze paarden meer risico op spierproblemen.

  1. Erfelijke aanleg

Er zijn ook vormen van spierbevangenheid die erfelijk zijn. De bekendste is PSSM (Polysaccharide Storage Myopathy). Hierbij worden suikers verkeerd opgeslagen in de spieren. Vooral bij rassen zoals Quarter Horses, Haflingers en Trekpaarden komt dit regelmatig voor. Er bestaan verschillende types:

  • PSSM type 1: dit kun je vaststellen met een DNA-test.
  • PSSM type 2: een complexere vorm met waarschijnlijk meerdere oorzaken, nog niet volledig begrepen.

Een andere erfelijke vorm is RER (Recurrent Exertional Rhabdomyolysis). Dit zie je vooral bij volbloeden en vaak bij merries. Het kenmerkt zich door terugkerende spierproblemen na inspanning. In beide gevallen is het belangrijk om op tijd een goede diagnose te laten stellen en het trainings- en voedingsbeleid daarop aan te passen.

  1. Tekort aan elektrolyten en vocht

Tijdens het zweten verliest een paard belangrijke elektrolyten – dat zijn zouten zoals natrium, kalium, calcium, magnesium en chloride. Deze stoffen zijn nodig voor een goede spierwerking. Als het paard te weinig aanvult (via voeding of supplementen), kan dat leiden tot spierkrampen en verhoogde kans op schade. Vooral bij warm weer of bij zware training is het essentieel dat je paard voldoende drinkt en eventueel elektrolyten krijgt toegediend.

Andere invloeden

Behalve de vijf hoofdfactoren hierboven zijn er ook nog andere omstandigheden die spierbevangenheid kunnen uitlokken, zoals:

  • Extreem weer (heel warm of koud)
  • Slechte ventilatie of stress tijdens transport
  • Wisselende arbeid (bijvoorbeeld alleen in het weekend rijden)
  • Hormoonschommelingen bij merries

De echte uitdaging is dat het meestal niet één oorzaak is, maar een combinatie. Daarom is het voorkomen van spierbevangenheid maatwerk. Een goed preventieplan houdt rekening met training, voeding, karakter, erfelijkheid en omstandigheden. Bloedonderzoek, voedingsanalyse en regelmatige observatie kunnen helpen om risico’s vroeg te signaleren.

In het volgende hoofdstuk gaan we kijken hoe je spierbevangenheid kunt herkennen. Welke symptomen moet je serieus nemen, en hoe verloopt een aanval precies? Die kennis is cruciaal om snel en gericht te kunnen handelen als het misgaat.

Wil je verder lezen? Bestel dan de volledige gids met alle hoofdstukken, inclusief voorbeelden, praktische tips en verdiepende uitleg.

Spierbevangenheid bij Paarden is een informatieve en praktische digitale gids over één van de meest voorkomende spiergerelateerde aandoeningen bij paarden: ERS, ook wel bekend als spierbevangenheid, maandagziekte of tying-up. Deze gids van Equi-Care biedt essentiële kennis voor eigenaren, ruiters en stalhouders die te maken hebben met (of risico lopen op) spierproblemen bij hun paard.

In deze gids lees je:

  • Wat spierbevangenheid is en hoe het zich uit
  • Hoe u de eerste signalen herkent en snel handelt
  • Wat de rol is van erfelijkheid, training en voeding
  • Hoe u spierbevangenheid voorkomt met goed management
  • Hoe u zorgt voor een paard met aanleg of gevoeligheid

Deze gids biedt duidelijke uitleg, onderbouwde inzichten en toepasbare tips — zodat je structureel kunt bijdragen aan spiergezondheid en herstel.

Uitsluitend digitaal beschikbaar via Equi-Care.

Let op:Dit is een digitaal product en kan na aankoop niet worden geretourneerd of geannuleerd.

< Vorige gids - Volgende gids >