
Hoofdstuk 5: Oogsten, bewaren en voeren: van tuin naar voerbak
Inleiding
Het kweken van groenten en kruiden voor je paard is één ding; ze op het juiste moment oogsten, correct bewaren en veilig voeren is minstens zo belangrijk. De overgang van tuin naar voerbak vraagt aandacht voor versheid, dosering en hygiëne. In dit hoofdstuk leer je hoe je jouw oogst optimaal benut, zonder verspilling of risico’s voor de gezondheid van je paard – van het juiste oogstmoment tot het geleidelijk introduceren van nieuwe smaken in het rantsoen.
Inhoudelijke uitleg
Oogstmoment en techniek
Elke plant heeft zijn eigen optimale oogstmoment, afhankelijk van het doel en de gewenste werking. Door op het juiste moment te oogsten, behoud je de meeste voedingswaarde, geur en werkzaamheid.
- Bladkruiden zoals citroenmelisse, pepermunt of goudsbloem oogst je het liefst vlak voor of tijdens de bloei, wanneer de concentratie werkzame stoffen het hoogst is.
- Wortelgewassen zoals wortelen en pastinaak worden geoogst zodra ze een stevige, volle vorm hebben. Te lang wachten vermindert de smaak en verhoogt het risico op barsten of houtigheid.
- Vruchtgroenten zoals courgette en pompoen moeten rijp zijn, maar niet overrijp of zacht. Pluk ze met een scherp mes en laat een klein stukje steel aan de vrucht voor langere houdbaarheid.
Gebruik bij het oogsten altijd schoon en scherp gereedschap. Reinig messen en scharen na elk gebruik om schimmel- en bacterieoverdracht te voorkomen. Verwijder plantenresten uit de tuin of bak om aantasting en ongedierte te vermijden.
Bewaarmethoden
Afhankelijk van het type plant kies je voor verse opslag, drogen of invriezen. Elk heeft zijn eigen voordelen en aandachtspunten.
- Vers bewaren (koelkast of koele kelderruimte)
- Houdbaarheid: 2 tot 5 dagen, afhankelijk van soort en rijpheid.
- Niet wassen voor bewaring – vocht bevordert bederf.
- Geschikt voor: wortelen, venkel, komkommer, jonge courgette.
- Drogen (vooral voor bladkruiden)
- Hang planten ondersteboven op een droge, luchtige plek zonder direct zonlicht.
- Zorg dat het blad niet te dik op elkaar ligt en volledig droog is voordat je het opslaat.
- Bewaar in goed sluitende papieren zakken of glazen potten, met datum en naam.
- Geschikt voor: goudsbloem, weegbree, kamille, munt, citroenmelisse.
- Invriezen
- Alleen geschikt voor stevige groenten zoals pompoen of gekookte zoete aardappel.
- Blancheer indien nodig, dep goed droog en verpak in porties met datumlabel.
- Kruiden verliezen bij invriezen deels hun geur en werking; gebruik ze liever gedroogd.
- Niet geschikt voor bladgroenten of vochtige kruiden.
Veilig voeren
Een veelgemaakte fout is het ineens voeren van grote hoeveelheden verse groenten of kruiden. Dit kan leiden tot:
- Spijsverteringsproblemen, zoals diarree of gasvorming;
- Verstoring van de darmflora bij plotselinge rantsoenverandering;
- Voerselectie of weigering van ruwvoer bij sterke geur- of smaakvoorkeuren.
Richtlijnen voor verantwoord voeren:
- Introduceer nieuwe planten geleidelijk en altijd één tegelijk.
- Bied per portie maximaal 100–200 gram verse groenten aan, afhankelijk van het gewicht, de gevoeligheid en de mate van gewenning.
- Voor gedroogde kruiden: begin met een halve eetlepel per soort per dag. Meng eventueel met natgemaakt hooi of slobber.
- Observeer je paard goed op tekenen van ongemak: diarree, koliek, verminderde eetlust of gedragsveranderingen zijn signalen om mee te stoppen.
“Vers is goed, verstandig voeren is beter.”
Toelichting vaktermen
- Werkzame stoffen: Chemische verbindingen in planten die een specifiek effect kunnen hebben, zoals ontspanning, spijsverteringsbevordering of weerstandsondersteuning.
- Darmflora: Het geheel aan micro-organismen in de darmen die essentieel zijn voor vertering, weerstand en opname van voedingsstoffen.
- Koliek: Verzamelterm voor buikpijn bij paarden. Kan verschillende oorzaken hebben, waaronder gasvorming, verstopping of plotselinge rantsoenwijziging.
Reflectie en toepassing
Een paardenmoestuin levert pas échte gezondheidsvoordelen op als je de oogst zorgvuldig verwerkt en verstandig voert. Maak het jezelf overzichtelijk met een tuin- en voedingsdagboek waarin je bijhoudt:
- Wanneer en wat je geoogst hebt;
- Hoe je de plant bewaard hebt;
- Wat je gevoerd hebt en in welke hoeveelheid;
- Hoe je paard daarop reageerde.
Enkele aanvullende tips:
- Droog overschotten op zonnige dagen meteen, om schimmel te voorkomen.
- Gebruik een droogrek of dehydrator als je regelmatig grotere hoeveelheden wilt verwerken.
- Bewaar je voorraad donker, droog en koel – controleer gedroogde kruiden regelmatig op motten of vocht.
Overweeg om zelf kruidenmixen samen te stellen met een specifiek doel (bijvoorbeeld voor rust, luchtwegen of spijsvertering), maar raadpleeg bij twijfel altijd een voedingsdeskundige of dierenarts.
Met aandacht voor timing, dosering en hygiëne wordt jouw oogst een veilige en waardevolle bron van natuurlijke aanvulling – afgestemd op jouw paard en jouw mogelijkheden.
Liever zonder onderbrekingen lezen?
Download deze gids nu – reclamevrij en altijd bij de hand!
De Paardenmoestuin is een praktische digitale gids voor iedereen die zijn paard wil ondersteunen met verse, zelfgekweekte kruiden en groenten — veilig, gezond en natuurlijk. Of je nu een grote tuin hebt of alleen een balkon: ook zonder je paard aan huis kun je bijdragen aan zijn welzijn.
In deze gids leer je:
- Welke groenten en kruiden geschikt zijn voor paardenvoeding
- Hoe je eenvoudig zelf plant, oogst en bewaart
- Welke planten je juist moet vermijden vanwege giftigheid
- Hoe je voert in kleine hoeveelheden en afgestemd op het seizoen
- Wat je paard werkelijk nodig heeft aan verse aanvulling
Inclusief seizoenskalender, giftige plantenlijst, bewaartips en praktische teelttips. Perfect voor paardeneigenaren die bewust, creatief en natuurlijk willen voeren.
Uitsluitend digitaal beschikbaar via Equi‑Care.
Let op: dit is een digitale gids (PDF)
Na aankoop ontvang je direct een downloadlink.
Dit is een digitaal product en kan na aankoop niet worden geretourneerd of geannuleerd