Verder Rijden in Rust
De kunst van draven, galopperen en groeien in verbinding
Veel paarden leren wel hoe ze moeten lopen, maar niet hoe ze zichzelf mogen blijven in beweging. Zeker na het zadelmak maken, of wanneer het rijden weer opgepakt wordt, ligt de nadruk vaak op ‘doen’ – op vooruit, gehoorzamen, doorrijden. Maar wat als we het anders benaderen? Wat als draf en galop niet iets zijn wat je een paard aanleert, maar iets wat je samen ontdekt?
Deze gids is geschreven voor iedereen die niet alleen wil rijden, maar wil rijden met rust. Voor wie op zoek is naar beweging zonder spanning, naar gangen die ontstaan uit vertrouwen, en naar samenwerking waarin het paard gehoord wordt. Of je nu werkt met een jong paard, een herstarter begeleidt, of je eigen rijdynamiek wilt verdiepen – deze gids biedt je zachte, duidelijke handvatten.
Je leert hoe je een paard begeleidt in draf en galop vanuit ontspanning. Hoe je signalen van spanning vroegtijdig herkent. Hoe je je eigen lichaam als anker inzet. En vooral: hoe je samen durft te groeien, stap voor stap.
Laat dit geen gids zijn vol doelen, maar een gids vol afstemming. Want in elke pas die ontstaat uit rust, groeit vertrouwen – en dat is de ware basis van rijden.
“Beweging zegt niet: volg mij. Het vraagt: durf jij met mij te zijn, ook als alles verandert?”
Inhoudsopgave
- Inleiding – Rijden als relatie, niet als opdracht
- De overgang na zadelmak maken – wat paarden nodig hebben
- Het lichaam van het paard leren lezen in beweging
- Jij als anker – energie, adem en houding onder het zadel
- Oefening 1: De eerste draf – draven zonder druk
- Oefening 2: Doorzitten en volgen – samen dragen, samen ontspannen
- Oefening 3: Overgangen rijden als ademhaling – tussen stilstaan en flow
- Oefening 4: Galop als spel van balans – aanleren vanuit zachtheid
- Veelgemaakte fouten bij het doorrijden – en hoe je terugkeert naar rust
- Bonus: Reflectievragen & een 3-daags Rijdplan
Hoofdstuk 1 – Rijden als relatie, niet als opdracht
Soms vergeten we waar rijden echt om draait. In alle technische uitleg, methodes, overgangen en oefeningen raakt de essentie ondergesneeuwd: dat rijden in de kern een vorm van samen zijn is. Een gedeelde ervaring tussen twee lichamen, twee wezens, die elkaar vertrouwen in beweging.
Voor veel paarden voelt het moment dat ze worden ‘ingereden’ als een kantelpunt. Niet omdat ze ineens iets fysieks moeten doen wat onmogelijk is, maar omdat er plots veel van hen gevraagd wordt – in gedrag, in prestatie, in gehoorzaamheid. En voor de ruiter ook: de lat ligt hoger. De verwachtingen worden concreter. Maar precies daar, in die overgang van ‘grond’ naar ‘rijden’, ligt een risico. Namelijk dat we het contact gaan verwarren met controle.
In deze gids nodigen we je uit om het anders te zien. Niet als een fase waarin je een paard iets ‘aanleert’ of ‘doordrijft’, maar als een verdieping van jullie relatie. Want een paard dat zich écht veilig voelt, dat in vertrouwen met jou wil bewegen, zal met veel meer gemak in draf of galop gaan dan een paard dat vanuit spanning moet presteren.
“Je rijdt niet op een lichaam. Je rijdt met een wezen dat voelt, denkt en reageert.”
Wanneer we spreken over het doorrijden van een paard, gaat het dan ook niet om 'meer kunnen' of 'sneller werken', maar om de kwaliteit van de beweging die ontstaat. Draagt het paard zichzelf, of draagt het spanning? Is de overgang vloeiend, of vol aarzeling? Loopt het paard vooruit, of wil het alleen maar weg? Al die signalen zeggen iets over de innerlijke toestand van het dier – en dus over jullie relatie op dat moment.
Rijden als relatie betekent dat je leert kijken, luisteren, voelen. Niet alleen wat er gebeurt in het lijf van het paard, maar ook in jezelf. Hoe adem jij als je opstapt? Hoe voelt je zit als je vraagt om draf? Ben je in je hoofd bezig met ‘goed doen’, of ben je werkelijk bij je paard? Je paard merkt het verschil. Altijd.
Een relatie in beweging is kwetsbaar. Want jij zit letterlijk bovenop je paard. Je adem, je spanning, je twijfel – alles wordt overgedragen. Daarom vraagt rijden om verantwoordelijkheid. Niet in de vorm van strengheid, maar in de vorm van innerlijke helderheid. Jij bent de bedding waarin je paard zich durft te bewegen. Of niet.
Maar dit is geen bron van druk. Het is een uitnodiging. Een kans om samen te groeien. Om elk ritje te zien als een ontmoeting, niet als een training. Want hoe zou het zijn als je eerste draf geen ‘opdracht’ is, maar een gedeeld moment van vertrouwen? Als galop geen test is, maar een spel dat je samen speelt?
Stel jezelf aan het begin van deze gids de volgende vragen:
- Hoe wil ik dat mijn paard zich voelt als ik rijd?
- Wat betekent veiligheid voor mij – en hoe geef ik dat door?
- Kan ik ruimte geven, ook als ik richting geef?
- Ben ik bereid om te vertragen, als mijn paard aarzelt?
Want pas als we rijden zien als relatie, wordt het iets moois. Iets wat je samen bouwt. Iets dat mag rijpen, veranderen, verdiepen. Niet in kracht, maar in zachtheid. Niet in snelheid, maar in verbinding.
Hoofdstuk 2 – De overgang na zadelmak maken – wat paarden nodig hebben
Het zadelmak maken wordt vaak gezien als de grote stap: het moment waarop het paard ‘klaar is’ om bereden te worden. Maar in werkelijkheid begint het echte werk pas daarna. Want zadelmak is slechts een begin – het zegt nog niets over vertrouwen, balans, lichamelijk dragen of mentale rust in het rijden. Het zegt alleen: het paard accepteert een ruiter. De vraag die daarna komt, is veel wezenlijker: kan het paard ook leren dragen, volgen, durven en ontspannen mét jou op zijn rug?
Na de eerste ritten is er veel verwarring mogelijk, bij mens én paard. De mens wil vaak door – verder oefenen, verfijnen, meer leren. Het paard zit nog vol vragen: wat bedoel je? mag ik dit? doet dit pijn? wil je dat ik harder ga, of rustiger? waarom zit je zo gespannen? Juist in die fase, als de fundamenten nog zacht zijn, is het van essentieel belang om te bouwen op rust, niet op druk.
Wat een paard in deze fase nodig heeft, is tijd om het nieuwe te integreren. Tijd om lichamelijk sterker te worden, om te begrijpen wat er van hem gevraagd wordt, en vooral: om te leren dat het veilig is om te bewegen met iemand op zijn rug. Dat hij fouten mag maken zonder straf. Dat hij stil mag staan als hij het niet weet. En dat hij gehoord wordt, ook in beweging.
“Begrip groeit niet uit herhaling, maar uit ruimte om te voelen.”
Veel gedragsproblemen in het rijden ontstaan in deze fase. Niet omdat het paard ‘ondeugend’ is, maar omdat het zich niet veilig voelt. Denk aan bokken bij het aandraven, steigeren bij druk, vastlopen in overgangen, of stress bij galop. Allemaal signalen dat de brug tussen ‘ik accepteer een ruiter’ en ‘ik beweeg mij in vertrouwen onder een ruiter’ nog niet stevig is gebouwd.
De oplossing ligt zelden in ‘erdoorheen rijden’. De oplossing ligt in teruggaan naar rust, in stap herhalen wat nog onduidelijk is, en in geduld oefenen waar het lichaam of de emotie van het paard achterloopt op jouw plan. Want het tempo waarin een paard werkelijk leert, wordt niet bepaald door hoeveel keer je iets oefent, maar door hoe veilig het zich voelt tijdens die oefening.
Wat kun je doen in deze overgangsfase?
- Werk korte sessies. Liever 10 minuten in verbinding, dan 30 minuten in twijfel.
- Zorg voor ritme en herhaling, zonder sleur. Eenzelfde structuur biedt veiligheid, mits je blijft afstemmen.
- Geef het paard de kans om iets níet te doen, en kijk wat er gebeurt. Wat vertelt die weigering je?
- Houd ‘pauzes in het werk’ in ere: stilstand, losstappen, ademhalingsmomenten. Ze zijn goud waard.
- Blijf ook aan de hand werken, zodat het paard de patronen vanuit de grond herkent onder het zadel.
Veel paarden lijken ‘traag’ of ‘lui’ in deze fase, maar vaak zijn ze bezig om alles te verwerken. Een zacht paard dat aarzelt, is geen probleem. Het is een uitnodiging om het nóg zachter aan te bieden. Een paard dat spanning opbouwt bij draf of galop, heeft geen zweep nodig, maar een ander tempo van opbouw.
En bovenal: jij als ruiter bent een leermeester, geen opdrachtgever. Niet elke stap hoeft perfect te zijn. Wel elke ontmoeting moet veilig voelen. Als jouw paard op jou kan rekenen, ook als hij het niet weet, ontstaat er iets bijzonders. Dan is elke pas die volgt een stap in verbinding – niet in opdracht.
Verder Rijden in Rust
Verder Rijden in Rust
Verder Rijden in Rust – een digitale gids voor gedragen beweging en vertrouwen onder het zadel
Na de eerste stappen onder het zadel begint een nieuwe fase: draven, galopperen en groeien in verbinding. Deze digitale gids helpt je die overgang maken — met rust, ritme en respect voor het proces.
"Je hoeft niet harder te rijden, alleen dieper te luisteren."
Wat je leert in deze gids:
- Oefeningen voor ontspannen draf, doorzitten en eerste galop.
- Hoe je verbinding bewaart wanneer de beweging krachtiger wordt.
- Reflectievragen en een 3-daags rijdplan voor verdieping.
- Geschikt voor jonge paarden, herstarters en gevoelige combinaties.
Voor ruiters die niet alleen willen rijden, maar samen willen bewegen in vertrouwen en gedragenheid.
Let op: dit is een digitale gids (PDF)
Na aankoop ontvang je direct een downloadlink. Je leest hem op je telefoon, tablet of geprint — op je eigen tempo, afgestemd op jouw paard.
Let op: Dit is een digitaal product en kan na aankoop niet worden geretourneerd of geannuleerd.